Slot Vorden houdt stand.

De Amateurs en Masters van de Amstel die op derde kerstdag deelnamen aan de belegering van kasteel Vorden tijdens de kasteelcross, keken over het algemeen niet vrolijk toen ze de aftocht bliezen: één gewonde en niemand prijs. Met enige moeite viel door een optimistische geest nog wel hier en daar een individueel lichtpuntje (Hamer!) te noteren, maar veel was het niet. 

Het AmstelAmateurtrio Breedt, Witte en Van Herwijnen, aangevuld met diens vaste chauffeur Pieter Heidema (UWTC) en liefhebber-crosser Bert Jan Hamer toog naar het immer rustige Vorden, gelegen in de Achterhoek. Het door Breedt aangedragen etiket Thuisrijder werd door Hamer – inmiddels woonachtig in het Veluwse Hattem – vriendelijk doch stellig afgewezen, waarmee maar weer eens het gemak werd aangetoond waarmee de Amsterdammers alle windstreken achter Amersfoort achteloos op één hoop durven te gooien.

Onderweg naar een eerste parcoursverkenning troffen wij Master Van Hoeijen, die vertelde onderweg te zijn naar een trainingswedstrijd. Wat de duiding hiervan precies was, is lastig te zeggen zonder de uitslagen van de Masters te kennen, maar veel goeds voorspelde dit niet. Was hij er nu ook al op uit om nationale crossen te degraderen tot koersen die ‘er niet toe doen’?   

De organisatie had, ondanks de barre weersomstandigheden van de afgelopen tijd, een goed fietsbaar en tamelijk veilig rondje uit weten te stippelen op en rond het Vordense kasteelpark, met als ondergrond voor elk wat wils; asfalt, schelpenpad, modder in verschillende varianten, gras, mos, zand, sneeuw, ijs en zacht bladerdek. Zowat alle renners opteerden voor banden met het allemansvriend Grifo-profiel, hoewel sommigen ook met een Rhino of Fango om het voorwiel werden gespot.   

Dan de koers zelf: tussen de ruim 50 deelnemers kreeg Marcel Witte een van de mooiere startposities toebedeeld en hij kende dan ook een redelijk goede start. Alle renners achter hem namen echter geen genoegen met de hun toegewezen uitgangspositie, hetgeen bij het indraaien van de wei resulteerde in een wilde boel, waarvan Breedt het slachtoffer werd. Het ontrafelen van een kluwen afzetlint uit zijn fiets koste hem vervolgens tientallen seconden en ontnam hem zijn gekende goesting om überhaupt nog serieus verder te koersen. Van Herwijnen koos voor een voorzichtig begin, waardoor de als laatste gestarte Hamer (0 punten) hem al vrij snel in het vizier kreeg. Van Herwijnen slaagde er vandaag niet in om – zoals wij van hem gewend zijn –  gaandeweg te verdapperen. Sterker nog, men zag hem regelmatig de poep van het zadel tillen en de rug strekken. Speelde het wild en/of gevogelte van de afgelopen kerst hem parten, of was er ander ongemak? (De redactie constateerde nog dat Van Herwijnen het publiek deelgenoot maakte van zijn onvoorwaardelijke liefde voor zijn fiets: “K*tfiets!” Hetgeen zou kunnen duiden op tegenstribbelend materiaal.) Hoe dan ook, in de voorlaatste ronde was hij een prooi voor Hamer (2xGrifo 34) die in de tweede koershelft sowieso de meeste stabiele renner van de steeds verder uitdunnende achterhoede bleek. Ondertussen had Witte met een pijnlijk ‘hug-a-tree’ ritueel afscheid genomen van de wedstrijd en nam hij rustig de tijd om zittend op het bladerdek al zijn spaken nog eens na te tellen. (Renner Witte liet vanuit het Gelreziekenhuis via SMS weten dat de aanhechting boven zijn sleutelbeen gescheurd is (pianotoets) en een rib gekneusd. (Red.))

In de uitslag geen hoofdrol dus voor de AmstelAmateurs, waarvan Hamer ditmaal de sterkste, dan wel de meest fortuinlijke was. Dit leverde hem de enthousiaste felicitaties van de meegereisde Amstelsupporters c.q. Masters op, welke hij de gehele zondag bleef koesteren.

Na deze veldslag was het aan de Masters om de eer te redden. Het duo Gerritsen/van Hoeijen werd voor deze gelegenheid versterkt met Alfred Hartemink, die bij zijn debuut op landelijk niveau een bescheiden opdracht meekreeg: minimaal renner B. en de W. vóór blijven. Een opdracht die hij moeiteloos uitvoerde.

Gerritsen en Van Hoeijen – zij aan zij aan de start – kende een ‘struikelstart’ doordat de buurman van Van Hoeijen slechts overeind bleef door Van Hoeijen om te duwen die op zijn beurt overeind gehouden moest worden door Gerritsen. Door dit oponthoud zaten de beide clubgenoten op een slechte plek in het gedrang van de eerste ronde en waren ze uiteindelijk veroordeeld tot de frustrerende strijd om plek 21 en – natuurlijk – tot hun onderlinge strijd. Die bleef spannend tot het eind: dan de één voor, dan de ander, met nooit een groter onderling verschil dan 10 meter. In de sprint wist Jeroen zich kansloos en bij het oprijden van de finishstraat boog hij deemoedig het hoofd: 7-7. Renner Van Hoeijen probeert het wegsmelten van zijn 7-4 voorsprong te verklaren als een meesterzet: nu de spanning in de onderlinge competitie terug is zal dat ongetwijfeld meer bezoekers naar de Amstelsite trekken. Ja, ja.

Een gedachte over “Slot Vorden houdt stand.

  1. Allereerst wil ik mijn medeleven betuigen aan de onfortuinlijke Marcel Witte. Ik had nog zo gezegd: “Don’t shoot the pianoplayer!”
    Verder hulde voor het mooie verslag, maar vooral voor de zinsnede -taalvenieuwing als je het mij vraagt- ‘de steeds verder uitdunnende achterhoede’.

Reacties zijn gesloten.

Ondersteund door WordPress | Thema: Baskerville 2 door Anders Noren.

Omhoog ↑