In het weekend van de langste dag was er nog niet veel van zomer te merken, maar voor veel renners maakt dat niet uit: er werd gekoerst in héél Nederland: geen overwinningen, maar De Amstelrenners en -rensters deden wel méé in de koers. Te beginnen op het NK in Emmen, waar Daan de Groot 4e werd.
De Nieuwelingen mochten op zaterdagochtend in Emmen het parcours openen, en wat al een beetje gevreesd was werd waar: de saaiste wedstrijd van het jaar was in Emmen. Toch reden er nog twee man weg uit het complete peloton en daarbij niet Victor Broex en Ivar Immerzeel die beiden de sprint maar lieten lopen na 80 snelle kilometers. Ook de andere wedstrijden kenden vergelijkbare patronen: grote pelotons, met soms een “toevallige” kopgroep. Maar je moet natuurlijk wel hard fietsen om in de kopgroep te zitten, én weg te blijven.
Dat lukte Daan de Groot bij de Elite z.c.. Voor velen een onbekende, maar niet in Wielerploeg Groot Amsterdam. De Groot zat in de kopgroep van 10 die het verrassend vol hield tot op de streep en greep nét naast een medaille: 4e. Patrick Bos zat in het peloton en sprintte ondanks een stevige valpartij in het begin toch nog naar plaats 19. Komende zondag start een aantal van onze elite-toppers in het prof-NK. Lars van de Vall, Koos Jeroen Kers, Dion Beukeboom en Dylan Groenwegen bereidde zich voor in de ZLM Toer. Het parcours is getest en er zijn heel veel kanshebbers, is de conclusie.
Op zaterdag was er in de Schermer de Molenomloop voor zowel mannen als vrouwen. Bij de vrouwen reden Nike Beckeringh (3e – in de kopgroep) en Riejanne Markus (4e- eerste van het peloton) een opvallende koers op weg naar het NK volgende week. De andere NK-ganger, Nicolien Luijsterburg (47e) eindigde in het peloton, en wie weet zien we in de toekomst Birgit Witte (33e) en Lisanne Immerzeel (58e) ook wel een keer op het NK. Nike en Riejanne hebben zich de afgelopen weken in ieder geval goed laten zien bij de betere Beloften.
Voor het zwaardere criteriumwerk was het te doen in de Ronde van Uitgeest. Een parcours dat er altijd verraderlijk zwaar bij ligt met lage gemiddelde snelheden en zware koersen. De pelotons waren ook nog eens niet zo groot, dus iedereen moest aan de bak. Teun Mouris bond de strijd weer aan met een aantal Monkies, en hoewel er uiteindelijk toch één van hen won was Teun met zijn tweede plek toch een soort van morele winnaar. Een aantal Amstelmasters dat langs de kant stond zag de op het oog kansloze werken van Teun met bewondering aan. Toch werd hij dus tweede. Later reed Franklin Wessels als enige Amstel-Elite in de eerste groep mooi naar de 9e plaats in het uiteengeslagen peloton, met Paul Rooij (11e) en Max van de Water (14e) in een groep verderop.
Diezelfde Masters stonden een paar uurtjes eerder op het nog halfnatte parcours aan de start te luisteren naar de instructies van renner Deen: “We doen het zus, en dan zo, en dan uiteindelijk wint een van onze renners”. De tegenstanders luisterden echter stiekem mee, en wellicht daarom werkte de taktiek blijkbaar niet. Renner Hoekstra ontweek een valpartijtje en trok zijn conclusies, Rein Falke schoof zelf onderuit (helemaal voorin, en daardoor ontstond de kopgroep van 2 met BBB en zonder Amstel) en Emmer en Broex moesten even naar de kant om hun lekke banden te verhelpen (maar konden wel door). Uiteindelijk ging Deen dan toch in de aanval met De Graaf (terwijl BBB allang uit zicht was) en ontstond daardoor een achtervolgend zestal met De Graaf en Broex, maar zónder Deen. Dat zestal kwam uiteindelijk niets dichterbij en 7e (Broex) en 8e (De Graaf – met sowieso een eigen taktiek) waren het hoogst haalbare. Emmer, Deen en Winthagen (22e) eindigden in het vermoeide peloton. Volgende keer eerder de taktiek bespreken.