Thuiswerken, telewerken; het commité ABC (Amsterdamse Bos Cross) voegt een nieuwe variant toe: snelwegvergaderen. Het commité – met uitzondering van voorzitter Witte, geblesseerd en nog op vakantie – verzamelde zich om 9.00 uur op de ‘Vreetstreep’ in Zuidoost en was dit keer naast de crossfiets en de onverwijdelijke verzameling reservewielen voorzien van draaiboek, pen en leesbril om gedurende de reis de puntjes op de i te zetten, losse eindjes op te speuren en zo mogelijk aan elkaar te knopen. De voorzitter werd node gemist; vooral bij het agendapunt ‘Parcours’ kwekte de enige vrouwelijke aanwezige hinderlijk door de efficiënte vergadering heen en zorgde voor verwarring: “Ga over de rotonde, neem de tweede afslag rechts.”
De veldrit van Bakel kent een aantrekkelijk parcours: slingerende bospaden, kleine heuveltjes, serieuze klims (sommige lopen) en lastige afdalingen. Voeg daar de oprukkende dooi bij en je hebt een ouderwetse prutzooi. Kenmerkend voor Bakel is het overvolle programma: alle Jeugdcategorieën en alle categorieën daarboven op één dag heeft tot gevolg dat het inrijden/parcoursverkennen nogal eens in het gedrang komt. Desondanks had Michael tijd genoeg (half rondje) op zijn derailleurpadje af te breken. Gelukkig had een van de andere deelnemers een extra padje bij zich en reden de Masters eerst; Michael had alle tijd zijn fiets te repareren.
Bij de Masters een grote Amstelvertegenwoordiging: natuurlijk Willard Gerritsen en Jeroen van Hoeijen, maar ook Alfred Hartemink en – verrassend – Auke Broex. De ‘angstgegner’ van Willard was aanwezig met Jeugdrenners Victor en Menno (over de verrichtingen van de Jeugdleden later meer) en had ‘toevallig’ zijn fiets bij zich.
Van Hoeijen, die de afgelopen winterweken zijn comfortabele voorsprong in de onderlinge competitie met Gerritsen zag veranderen in een 8-7 achterstand en zich vooral bezig hield met jeremiëren over de teloorgang van de opwarming der aarde, had op het lastige modderparcours geen enkel excuus meer. Daarvan doordrongen vertrok hij gemotiveerd en na de schermutselingen in de eerste halve ronde redelijk doorstaan te hebben, verdedigde hij tot in de laatste ronde een voorsprong van maximaal 75 meter op Willard. Verrassend was dat in de eerste helft van de koers een twintigtal meter achter Willard diens angstgegner Auke koerste; sterk nummer na een start van de achterste rij (bijschrijver èn geen punten: moeilijker kan je het jezelf niet maken). De draadbanden van Auke bleken echter niet bestand tegen het bonken op de boomwortels en een stootlek dwong hem tot opgave. Uitgerekend in de laatste ronde strandde Jeroen op de lastige klim en kreeg Willard de gelegenheid tot op het wiel van Jeroen te komen. Verder liet die het niet komen: 8-8 is nu dus de stand. O ja bijna vergeten: Jeroen 19e, Willard 20e en Alfred Hartemink – enigszins voorzichtig op het lastige rondje – 44e.
Bij de Amateurs mocht Michael op basis van zijn prestatie in Surhuisterveen (12e) opstellen op de eerste startrij. Een voordeel dat hij niet wist uit te buiten; al na de eerste bocht lag hij op de 15e plek en ‘slechte benen’ maakte hem machteloos op de klimmetjes en deden hem verder wegzakken. Gelukkig was het Amateurveld klein en wist hij nog 19e te worden. In ieder niet voor ‘spek en bonen’ meegereden.
Waar zat Van Herwijnen?
De trouwe volger van de avonturen van de rijpere veldrijders van De Amstel hebben één naam gemist: Van Herwijnen. Waar zat die? Had hij na zijn dramatische optreden van vorig weekend op het NK in Heerlen zijn fiets voortijdig in de zomerstalling gezet? Nee het was simpeler: Bakel paste vandaag niet in het huiselijk logistieke programma van renner Van Herwijnen. Daarom ’s ochtends uitgeweken naar Amersfoort, waar op het clubparcours een manche van de Midden Nederlands competitie plaats vond. Om 10.30 uur uur werden de renners weggeschoten over een mengsel van smeltend sneeuw en ijs, weerloos groen gras, grote plassen smeltwater én gaande weg de wedstrijd steeds meer modder! Het clubrondje was letterlijk gehalveerd, nauwelijks een postzegel te noemen; tot over het viaduct en dan direct weer terug. Renner Van Herwijnen achtte het verstandig zo min mogelijk in het wiel te rijden, al dat ijswater is zeker en vast niet goed voor een teer lijf. Een ontspannen start, gevolgd door enkele versnellingen bracht hem ergens midden in de groep B-rijders. Daar is hij tot einde koers gebleven.