Masters sluiten Oostenrijks weekje waardig af

Met een ongeëvenaarde slotklim (de Falkert – onthoud die naam) hebben de zes Amstel Masters hun weekje afzien in de Tour de Kärnten 2019 afgesloten. Sommige doelen werden gehaald (top 5 in een klasse) en andere doelen net wel of net niet (resp. top 100 overall/eerste 10 in een klasse). Conclusie: perfect georganiseerde wielerweek in een prachtige omgeving. Een verslag van de laatste loodjes.

Na het afvallen van kopman Gerritsen (lees: Drama in Karinthië) moest Deen het doen. Hij deed het met verve. Nu is het zo dat alle etappes begonnen met een gesloten peloton van 400 mens en dat op de eerste klimmetjes van de etappe meestal het peloton in een paar groepen uiteen spatte. Het lukte Deen beide laatste etappes om als (een van de) laatste(n) nog net met een nagelrandje het peloton vast te houden. Daarachter vormden zich dan weer groepen die al dan niet samen klonterden.
Etappe 5 was de etappe die finishte op de Magdalensberg. Vooral de laatste kilometer van 20 % was nog even doorbijten. Na de eerste klimmetjes vormde zich dus inderdaad verschillende pelotons: Deen en Gerritsen in groep 1 en in de tweede grote groep de andere vier mannen (Broex, Hermans, Kloosterziel en Witte). Na klim twee (6,5 km aan 9 %) moest Deen Gerritsen laten gaan, maar zijn concurrenten waren nog nabij. De andere vier bleven op hun eigen zakdoek.
En dat bleef ook zo goed als zo op de slotklim: 7,5 km aan 10%, maar wat een killer die slotkilometer. Slingerend en smachtend werkten de meesten zich naar boven, maar de Kaisers schmarren in de burcht op de bergtop maakte vervolgens veel goed. Net als het uitzicht.  Deen verkoos daarna de terugtocht van 45 km per fiets samen met Johnny Hoogerland (ook deelnemer en ondanks een paar kilootjes meer nog steeds goed voor de eerste groep) terug te trappen. De rest kroop in de fietsbus.

Etappe 6: Dat alles om de laatste dag te starten in de korte, maar heftige slotrit: van Ossiach naar de Falkert (see). Twee aanloopklimmetjes (bij de eerste hing alles er nog aan, bij de tweede weer de bekende verdeling, en dan circa 20 vlakkige kilometers naar de voet. Daar scherp linksaf en dan 7 kilometer alleen maar 11% en meer om in de sneeuw op bijna 1900 meter te finishen.
7 kilometer lang 11 procent is voor de Mastersbenen vooral een strijd met de omwentelingen: 36 x 28 (Broex) was zichtbaar te zwaar, want een 34 of 36 x 32 was hier geen overbodige luxe. Kreunend, zwoegend, af en toe zigzaggend, kwam iedereen een voor een boven.
Gerritsen reed verreweg de snelste klimtijd van de Amstel masters, maar op bijna vier minuten daarachter reden de andere 5 Masters bijzonder genoeg een klimtijd die variëerde van 43.29 (Dolf) tot 43.34 (Broex). Over aan elkaar gewaagd gesproken.
Hoe dan ook: in het veld van bijna 400 renners van verschillend allooi (met aan de voorkant een aantal serieuze toprenners) werd Deen uiteindelijk 65e (5e 50+), Kloosterziel (94e/16e 40+), Witte (98e/9e 50+), Hermans (101e/10e 50+), Broex (104e/12e 50+) en Gerritsen (205e/35e 40+).

Met zes dagen serieus koers in de benen werd zo een prachtige wielerweek afgesloten. Het niveau was voor de Masters wel aan de hoge kant waardoor de koers op zich vooral beslist werd in de eerste klims: geen gemakkelijke opgave. Maar daarna vormden zich wel de juiste niveaugroepen waarin goed te koersen viel.

 

 

Reacties zijn gesloten.

Ondersteund door WordPress | Thema: Baskerville 2 door Anders Noren.

Omhoog ↑