Heerlen: veldrijseizoen nu echt afgesloten

Door afgelasting (Nes a/d Amstel) en ziekte van één van de hoofdrolspelers twee weken later bij de Lithse Ham cross leek het veldrijseizoen als een nachtkaars te eindigen. Maar de griep werd overwonnen en ook het weer herstelde zich, waarna ineens de internationale veldrit van Heerlen in beeld kwam als een mooie seizoensafsluiting. Bijkomend voordeel: de daar eventueel te behalen startpunten (via een plekje bij de eerste 20) zorgen voor een gunstige uitgangspositie bij de start van het volgende seizoen.

Het parcours in Heerlen is gelegen rond het “Hellegat”. Viermaal per ronde moet afgedaald worden in de hel en – dat is logisch – viermaal moeten de renners zich weer zien te ontworstelen aan deze hel: éénmaal via een trap, tweemaal via een glibberige klauterpartij en éénmaal net wel/net niet fietsend. Verder was het parcours overgoten met een sausje van plakkerige, glijdende löss. Zoek daar maar eens een profiel en een bandenspanning bij.

Bij de Amateurs het Amsteltrio Jort de Boer, Michael Breedt en Marcel Witte. Jort ging bij de eerste afdaling in de hel onderuit en kwam de eerste doorkomst in de achterhoede door. Marcel en Michael streden aanvankelijk wiel aan wiel ronde plek 15, maar in de tweede helft van de koers maakte Marcel zich los van zijn clubgenoot en glibberde hij naar een mooie top 10 klassering: negende. Michael kwam zichzelf in de tweede helft van de koers behoorlijk tegen en werd nog bijna door de oprukkende Jort achterhaald: Michael 16e, Jort 17e.

Bij de Masters Jeroen van Hoeijen en Willard Gerritsen. Jeroen reed de hele koers op korte afstand achter Willard, zonder op het wiel te komen. Op de zware stukken kwam Jeroen nader, op de net wel/net niet klim fietste Willard met zijn 32×23 omhoog en moest Jeroen lopend (39×23) weer terrein prijsgeven. Willard werd uiteindelijk 12e en Jeroen twee seconden daarachter 13e. Allen prijs en punten: missie geslaagd voor de Amstelmannen.

Reacties zijn gesloten.

Ondersteund door WordPress | Thema: Baskerville 2 door Anders Noren.

Omhoog ↑