Twee weken terug moest de seizoensopener voor de Elite-renners van WTC de Amstel plaats vinden in België. Maar net zoals bij de profs in Kuurne voorkwam de sneeuw de opening van het Belgische wielerjaar. Veertien dagen later was niet een Luiks hostel maar een Gents hotelletje de uitvalbasis voor twee koersen.
Dat wielrennen in België nog steeds uitermate populair is ondervonden de renners in Wetteren. Op een koude zaterdagmiddag stonden hier maar liefst 240 wielrenners te klappertanden aan de start. Maar toen de koers eenmaal in gang was geschoten maakte het klappertanden al snel plaats voor koude rillingen vanwege de frequente valpartijen. Patrick Bos ondervond hier de minste hinder van. Tweemaal nam hij plaats in een kansrijke kopgroep, maar zat hij uiteindelijk niet mee toen een duo het hazenpad koos dat naar de twee hoogste treden op het podium leidde. Op enkele seconden volgde een sprint van de in de laatste ronde door valpartijen uiteengeslagen peloton. Derk Abel Beckeringh (in België ook wel bekend als Dirk Beckering) claimde richting de ‘Wielerlandpunten’ gereden te zijn, maar kreeg desondanks een DNF achter zijn naam. Daardoor was de 31e plaats van Patrick uiteindelijk de beste uitslag. De meeste andere renners bevonden zich verder in de dubbele of soms zelfs drievoudige cijfers.
Op zondag lag de temperatuur in Schoonaarde net iets boven het vriespunt. Waarschijnlijk was dat de reden dat er (gelukkig) wat minder man aan de start stonden dan de dag voordien. Aan de 132 voorgeschotelde kilometers op een mooi maar open parcours en het dubbele prijzenschema heeft het in ieder geval niet gelegen. In het begin van de koers was het om de beurt springen waarbij iedereen zich veelvuldig toonde, maar waarin Derk het meest bedreven was. Het was dan ook niet verwonderlijk dat hij zich al snel in een kopgroep van 10 bevond die een minuutje voorsprong pakte. Jan Lof, Daniel Korevaar en Lars van de Vall zagen het gevaar in (al deed de laatste dat met 1.5 oog nadat hij de dag ervoor de koers vroegtijdig had moeten verlaten nadat een steentje zijn oog behoorlijk rood deed uitslaan) en wisten samen met 12 anderen het gat te dichten. Eenmaal samen was het wachten op nieuwe verbrokkeling en 80 km voor de finish trok een groep van zeven ten aanval die het verdere beeld van de koers zouden bepalen. Onder hen bevond zich Lars. Hij besloot in de laatste ronde van 11 kilometer wat te pokeren, maar merkte eens te meer dat dit niet echt zijn spelletje is. Hij moest zich uiteindelijk bij een 6e plek neerleggen. Terwijl Derk drie minuten later naar een 11e plek (en eerste Wielerlandpunten) sprintte. Ook Daniel (16e) en Jan (21e) zagen een prima koers beloond met een plek voorin de uitslag.