Amstel Masters weer veilig thuis

Afgelopen zaterdag vertrok een grote groep Amstel Masters naar Limburg om even een weekend wat frisse lucht, trainingskilometers en uiteindelijk goede vorm op te doen. Een verslag….
Voorwaarden voor deelname waren: tijdige opgave, 30+, beetje zelfredzaam, fit (!) en gezellig. Uiteindelijk waren er 19 renners die door de strenge selectie heen kwamen en deze 19 hebben er dan ook een mooi weekend van kunnen maken. Ondanks de nodige tegenslagen.

Zaterdagmorgen stond iedereen een beetje bibberend van de kou – en de nieuwkomers bang voor wat komen zou – gereed om te vertrekken. Gelukkig was een topzware delegatie van het bestuur (3 man sterk!) aanwezig om alle renners uit te zwaaien en gerust te stellen: bestuurslid Cor Baas ging ook mee en die zou een oogje in het zeil houden. In weerwil van alle instructies was de nr. 3 van het Clubkampioenschap er niet. Hij miste dus de bandencontrole en vlaai en koffie in Nederweert en dat zou later funest blijken te zijn. Teambuilding en eenheid zijn immers van groot belang om zo’n bezinningsweekend tot een succes te maken. Daarnaast is het weer ook altijd een bepalende factor: hoe slechter het weer hoe meer de cohesie op de proef gesteld wordt.

Sneeuw op de Baraque
Doel van de reis was een oud klooster in Simpelveld waar de kapel met biechtstoelen vlak naast de kamers van de renners lag. Dat kwam mooi uit, want na de biecht kon elke deelnemer met een schoon geweten van start voor de eerste etappe, traditioneel naar het hoogste punt van België. Landschappelijk gezien waardeloos, maar voor het trainingseffect optimaal.

Overal in het land werd zon verwacht, behalve in Limburg, dus was het ook zaak om gauw Limburg te verlaten. In Limburg was het kil en droog met een graadje of 3 boven nul, maar zo gauw België werd betreden was het nattig en hoger op de heuvels lag een laagje verse sneeuw op de bomen en tikte de metertjes angstig dicht de 0 graden aan. Het was dus zaak om dóór te rijden en dat lukte met de grote groep verrassend goed. Jan Buisman – klevend aan het achterwiel van zijn tegenstanders – kreeg het al gauw moeilijk en deed er alles aan om lek te rijden. Dat lukte uiteindelijk via een stuk glas en dat gaf hem even rust. Gelukkig bleef het daarbij qua lek, zodat de groep op de Baraque haar duivels kon ontbinden. De sterk afgetrainde Deen sleurde met Roel Gerritsen lang hard aan de kop zodat zij als eersten bij het besneeuwde en mistige frietkot aantikten.  De Jannen kraakten vroeg en ook de beide Michielen (debutanten) misten de ervaring en koersdoorzicht. Toch geen grote verschillen na een half uur buffelen. Een echte winnaar was er niet, maar daar ging het ook niet om. Alleen liegt zo’n klim van 12 kilometer niet: ego’s waren beschadigd en Deen en Gerritsen waren dan ook niet blij dat ze zich in hun kaarten hadden laten kijken (zie foto).

Foto: Trainingweekend Masters 30+. De winnaars (gedeeld) van de Grote Prijs Baraque Michel (oftewel GP Frietkot): Pierre Deen en Roel Gerritsen.
Ondanks wat lichte protesten van enkele monomane Masters werd er na de koude afdaling toch voor gekozen om in een fraai etablissement op een Ardens kasseienpleintje een warme choco en (weer) vlaai te nuttigen. Je moest namelijk wel een beetje gezellig zijn. Rusten was goed voor de benen en het eerste wapengekletter moest nog even geëvalueerd.
Na deze stop ging het via vele klimmetjes in een strak gelid terug naar Limburg, waar – heel voorzichtig – een zonnetje begon te prikken in de ogen. Na de slotklim bij Elkenrade was er wel nog een gele kaart voor Egbert Vos. Hij ging vlak voor de finish neer met kramp; maar dat bleek een duidelijke schwalbe.

Sober klooster
In het klooster aangekomen was het zaak te gaan douchen en aan te schuiven voor een ietwat karige maaltijd, maar ook in het grote gangencomplex vóór het eten de bar te vinden om een Trappist te bemachtigen. Het vinden van de bar lukte een aantal renners wel en de losers visten achter het net. Tijdens het eten zaten zij met een watertje naar hun bord te staren: spruiten en een enkel aardappeltje met vlees stonden op het menu. Gelukkig maakte het overvloedige toetje, de koffie en de zelf gebakken stroopwafels na afloop veel goed. De renners die de bar wel hadden weten te vinden waren na het bekendmaken van de groepen voor de GP AB bereid die kennis te delen, zodat daarna menig boom kon worden opgezet onder het genot van een Dubbel of een Trippel. Toen de monniken het genoeg vonden werd de bar gesloten en sliepen de renners hun diepe Masters-slaap.

Zondag: de GP AB
De paters hadden een goed ontbijt in petto waarop zeker een GP AB gereden kon worden. In de zon nog wel. Twee grote ronden van 14 km, twee kleine ronden van 10 km en een slotklimmetje van een kilometer. Goed voor 50 km stoempen met zo’n 900 hoogtemeters. De omloop werd tevoren grondig verkend en al tijdens de verkenning waren er vier lekke banden te noteren. Het dorre weer, de vele toeristen (auto’s, wandelaars, motorrijders, fietsers) en vooral de boeren, hadden ervoor gezorgd dat er op deze mooie zonnige lentedag her en der de nodige scherpe steentjes op de weg lagen die niet altijd te ontwijken waren. Coen stond dubbel plat en Willard gaf hem als een echte wielrenner een van zijn twee (lekke) reservebandjes zodat Coen al snel uitgeschakeld was. Een ronde na de start reed Willard echter ook lek en zijn tweede lekke bandje in zijn tasje hielp hem niet verder.  Als een soort Hennie Kuiper (Parijs-Roubaix 1983, u kent de beelden wel) stond hij met de handen wijd om een bandje te roepen toen de kopgroep zoef-zoef een ronde later langsflitste (zonder bandje te gooien natuurlijk). Uiteindelijk was het de inmiddels geloste Joos die Willard weer op weg hielp. Toch knap: op pad gaan met twee lekke bandjes.

De koers verliep volgens verwachting. De groepsindeling bleek precies te kloppen met tien man op kop in de finale en de vijf sterksten aan de voet van de slotklim voorop. Roel eiste na sterk knechtenwerk van Deen en Witte de zege op in een pure machtssprint. De renners die zich vooral op de stukken tússen de klims lieten zien waren uiteraard op het cruciale moment niet meer in beeld.

Hoewel de terrassen ertoe uitnodigden, moest men wel voorkomen dat men op een toerclub leek en werd er na de GP AB géén vlaai genuttigd, maar snel uitgefietst door het Limburgse land naar het klooster waar de slotlunch gereed stond. Nu was het altijd gebruikelijk dat dan nog de TV versie van de zondagse wielerklassieker gezamenlijk bekeken werd, maar omdat verschillende renners te maken hadden met verjaardagsverplichtingen werd dit onderdeel voor één keer geskipt en reed men tegen vijven weer de vertrouwde Randstad in. De kop leeg en vol met moraal en zuur in de benen.

Reacties zijn gesloten.

Ondersteund door WordPress | Thema: Baskerville 2 door Anders Noren.

Omhoog ↑