In de vierde rit van de VJC was het eindelijk ‘rokjesdag’: voor het eerst konden de renners met de armen en benen bloot. Aangelokt door deze optimale omstandigheden stond bij de senioren een 35-tal renners te trappelen van ongeduld aan de streep. Na het vertrek duurde het opvallend lang (zeker een halve ronde) voor de lont in het kruitvat ging. Traditiegetrouw was het Lars van de Vall die veelvuldig de spankracht van het peloton testte, maar die was onder deze milde omstandigheden voorlopig opvallend groot.
Na een kwartier koers leek Lars samen met virtueel klassementsleider Daniel Korevaar en Hessel Bokhorst een ‘vluchtgroep met potentie’ gevormd te hebben, maar het peloton weigerde zich voorlopig te schikken in het onvermijdelijke. Rondenlang joeg het peloton achter de vluchters aan en die zagen na een aantal ronden het zinloze van hun poging in en lieten zich weer inlopen.
Daarna waren er verschillende uitlooppogingen die allen in schoonheid stierven: het peloton reageerde steeds alert, gunde de vluchters weinig ruimte en met een simpele tempoversnelling werden de vluchters keer op keer ingerekend.
Na een klein uur koers brak het peloton door onduidelijke oorzaken in twee stukken: voorop een peloton met 2/3 van de starters en daarachter de rest. Twee renners wisten vanuit de laatste groep solo de oversteek te maken: Tim Veldt toen de schade nog te overzien was en Edwin de Graaff toen het gat eigenlijk al te groot leek. In de laatste groep had de cohesie nogal te leiden van een aantal ‘te-hardrijders’, maar met horten en stoten wist deze groep de schade beperkt te houden en toen het eerste peloton vlak voor de finale stilviel, volgde een algehele hergroepering.
Deze hergroepering was van korte duur, want op het moment dat de laatste groep weer aansloot werd aan de voorkant van de eerste groep alweer een nieuwe ontsnapping in gang gezet door in eerste instantie Auke Broex en Mark Altyzer. Het tweetal groeide uit tot een achttal en het peloton was ditmaal definitief geklopt. Renner Broex reed makkelijk (twee vingers in de neus en één in het verband) en smeekte de jury om méér koers (“tien, tien”). De jury – ook in opperbeste stemming op deze bijna-zomeravond – gunde Broex zijn extra kilometers en liet de renners tien minuten extra rijden zodat eindelijk de 60 km weer eens gehaald werd.
In de eindsprint van de koplopers was Daniel Korevaar de snelste vóór Auke Broex en Lars van de Vall.
De standen na de vierde rit volgen morgen.