Na een onderbreking van een jaar was het vandaag weer ouderwets bikkelen op het selectieve rondje van Ouderkerk aan de Amstel. De dijk langs de Bullewijk lag er nu weliswaar opgehoogd en egaal bij, maar op de rest van het parcours had de gemeente de ‘originele details’ weten te bewaren. Oftewel: de kuilen op de rest van het parcours hadden zich in twee jaar verdiept, maar de echte liefhebber weet dit te waarderen.
De Nieuwelingenkoers werd al in een vroeg stadium beslist door een geslaagde uitlooppoging van een vijftal bestaande uit Yannick Vrielink, Thijs Wolsink, Janiek Zandvliet, Thierry Bouckaert en Rick de Vries. Vier renners die geen rol speelden in het Rabobank Amstel en Vechtklassement én de nummer 2: Bouckaert. De nummer één van het klasssement, Tom Wijfje, zag Thierry Bouckaert (resp. 38 en 37,1 punt) uit zicht verdwijnen en ook het eindklassement. Maar Bouckaert reed lek en de onfortuinlijke moest na wielwissel aansluiten in het peloton. Bij de rest van het langzaam uitdunnende peloton ontbrak de samenwerking om de vluchters verder een halt toe te roepen.
De Nieuwelingen van de Amstel waren hierdoor in een vroeg stadium van de koers al kansloos voor het podium. Michael den Toom bewees dat er misschien wel meer in gezeten had, door de sprint van het peloton te winnen en daarmee 5e te worden. Tom Wijfje won de belangrijke sprint van Thierry Bouckaert en werden daarmee 7e en 8e, en Wijfje stelde hiermee de eindzege in het Rabobank Amstel en Vechtklassement veilig. Teun Mouris werd 21e.
De zege ging naar Thijs Wolsink uit Hengelo, vóór Rick de Vries (Wolvega) en Janiek Zandvliet (Langezwaag).
Bij de Masters 40+ was De Amstel goed vertegenwoordigd met een twaalftal renners. Uiteindelijk wisten alleen Auke Broex (8e), Caspar Hermans (12e) en Simon Polstra (16e) de uitslag te halen en staakte de rest (gedwongen) de strijd.
Alle ogen bij de Masters waren natuurlijk gericht op veel-winnaar Brian Burggraaf van HRC Exelcior; de onbetwiste drager van de leiderstrui van het Rabobank Amstel en Vechtklassement na zijn winst in Amstelveen en Weesp. Burggraaf was in Ouderkerk echter niet zo dominant aanwezig als in eerdere koersen. Gelukkig waren er voldoende renners die het stokje van hem over wilden nemen.
Het tempo lag voortdurend hoog en het lint Masters dunde steeds verder uit en uiteindelijk zouden slechts 20 renners de uitslag halen. Er waren in de eerste helft van de koers wat kortdurende vluchtpogingen te noteren van kleine groepjes, maar serieus werd het nooit.
Half koers gingen er direct na de eerste bocht vier man tegen de grond omdat iemand uit het publiek dacht dat na het passeren van de voorrijder het ideale moment was aangebroken om over te steken. De eerste renner die op de oversteker klapte was er het slechtst aan toe; bij de andere drie (o.a. Pim Bonstra en Pierre Deen) bleef de schade beperkt tot schrik of materiaal. Deen vervolgde – bekomen van de schrik – nog zijn weg en kreeg meerdere rondes vergoeding van de jury, maar na een lekke band in het tweede deel van de koers had hij zijn quotum ‘rondjes-vergoeding’ echt verbruikt en moest hij de strijd staken.
In het laatste kwart van de koers veerde het Amstel-publiek op toen Caspar Hermans aan een solo begon en 6/7 rondenlang een mooi gaatje had, omdat het peloton de jacht (nog) niet echt georganiseerd kreeg. Helaas riep het peloton de eenzame vluchter uiteindelijk tot de orde. Het leverde Hermans wel de leidersprijs op.
Met minder dan tien ronden op het bord waren het Frank Nijssen (Haarlem) en Fred Pronk (Heerhugowaard) die uit het peloton wegreden. Omdat bij de meeste renners in het peloton het beste er zo langzamerhand wel af was, kwam een achtervolging niet echt op gang en begon het peloton onder invloed van diverse individuele (wanhoops)pogingen te verbrokkelen. Zaken die allemaal niet in het nadeel van de vluchters waren. Eén renner Allard Epping (Utrecht) wist echter zijn poging met succes te bekronen: hij sloot drie ronden voor het eind aan bij de beiden koplopers.
Het leek er dus op dat dit drietal om de hoogste trede op het podium zou gaan strijden, maar anderhalve ronde voor het eind voelde Nijssen ineens zijn band leeg lopen. Twee bochten kon hij nog door op de almaar zachter wordende band, maar daarna was de lucht eruit en moest hij de andere twee laten gaan.
In de sprint tussen Epping en Pronk was eerstgenoemde veruit de sterkste. Nijssen wist – op de velg – nog net vóór het aanstormende peloton beslag te leggen op de derde plaats.
Burggraaf had aan een 14e plaats in Ouderkerk genoeg om de eindzege in het Rabobank Amstel en Vechtklassement veilig te stellen.